Mijn moeder is een schat en mijn vader trouwens ook. Natuurlijk schrokken zij zich het apezuur en waren ze aanvankelijk niet blij, maar ze zijn ook blij dat zij opa en oma worden.
Na mijn ouders is het tijd om het nieuws dat ik zwanger ben te vertellen aan vrienden, vijanden en blijkbaar onbekenden. Vrienden reageren lief en begripvol. De één wat meer en de ander wat minder. Vijanden komen later aan bod en de onbekenden, ik wist niet dat die er ineens toe deden. Maar jawel hoor, ik ben namelijk ineens reuze interessant met mijn succesverhaal.
Ik ben de roddel van het moment. Iedereen lijkt er een mening over te hebben en weet wel hoe het gekomen is. Ja ha ik weet ook wel hoe het zover is gekomen!
Ook vraagt men zich af hoe ik dat allemaal ga doen. Laat ik daar duidelijk over zijn: ‘Het gaat jullie niks aan!’ Ik ken jullie helemaal niet. Roddel maar fijn door over die onbekende die een kind krijgt. Dat duurt toch niet eeuwig, in no time ben ik oud nieuws en hebben jullie weer wat anders om over te praten.
Alleen die vijand. Het is er met name één. Een hij. En hij is er zogezegd niet blij mee. Hoe het kan? Serieus, jij ook al!? Jij was erbij, weet je nog!? Ineens lijkt hij dat te zijn vergeten. Vervolgens vraagt hij ook nog of ik het wel zeker weet? Wat? Of ik zwanger ben? Kijk eens naar mijn buik en deze echo foto! Nee, dat ziet en begrijpt hij wel. Maar … hij kijkt mij aan en vraagt zonder te verblikken of te verblozen:
‘Weet je wel zeker dat ik de vader ben?’
Hij had mij beter een klap in mijn gezicht kunnen geven.
Laat een reactie achter