Conclusie:
Het zijn waarschijnlijk toch geen aarsmaden.
Advies:
Opvangen en op consult naar de huisarts.
Opvangen!? Hoe?
In een potje mevrouw. Met een lepel neemt u er een hapje uit en dat stopt u in een potje.
Serieus, dan neemt u er een hapje uit! Kan die zin niet anders. Hoe ranzig!
Wat voor een potje? De inhoud van mijn keukenlade gaat door mijn hoofd en ik vind alles ongeschikt voor poep met wormen. Sorry hoor. Ineens bedenk ik dat ergens een urinepotje moet zijn. Is dat geschikt?
Jazeker, dat kunt u goed gebruiken. Succes mevrouw en morgen naar de huisarts hè. Ja-ha wil ik bijna zeggen. Als het kon zou ik nu gaan, zó wanhopig wil ik ervan af. Haast zou ik ons wormenkind vacuüm in de tuin laten slapen. Haast. Ik overweeg dat niet serieus. Wat ik wel al meerdere keren serieus heb overwogen is om de boel dáár te ontsmetten. Maar niet gedaan. Te spartaans en bovendien schijnt het niet te helpen.
Oké terug naar het opvangen. Het potje heb ik vrij snel gevonden en bij het openen van het doosje wordt de grootte van het potje zichtbaar. Waarop één van de meiden weinig subtiel weet te melden dat een drol groter is dan het potje. Dus mam, dat gaat niet passen.
Goh!
Vlak voor het naar bed gaan, krijgt ons wormenkind aandrang. Er wordt verwachtingsvol naar mij gekeken.
Wat!? Nee, nee, nee zeker niet dat ik dit nu op ga vangen. En dan in de koelkast bewaren zeker. Nooit!
Wacht op deel 4.
Ik wil niet wachten! Dit is bijna spannender dan het sinterklaasjournaal!!
Whaha, lach jij maar! 😉
Maar speciaal voor jou een dag eerder gepubliceerd.
Liefs Ellen